Opzettelijk en met voorbedachte raad het water in
De vrouw liep opzettelijk het water in terwijl zij niet kon zwemmen. Haar twee dochters waren aan haar vastgemaakt en konden ook allebei niet zwemmen. Vanwege de hoogte van de kade ten opzichte van het water was er geen mogelijkheid om zelfstandig vanuit het water weer op de kant te komen. De vrouw was op de hoogte van de gevaarlijke situatie aan de kade. Ze heeft een lange tijd langs de waterkant gezeten, is in die tijd meerdere keren richting de waterkant gelopen en heeft de plek ook eerder bezocht. Haar twee oudste kinderen probeerden te voorkomen dat de vrouw het water in ging. De rechtbank stelt vast dat de vrouw na kalm beraad heeft besloten om het leven van haar twee jongste kinderen te beëindigen. Dat één van de dochters de minuten in het water heeft overleefd, is te danken aan het snelle en adequate handelen van derden en doet niet af aan de opzet van de vrouw, die was gericht op het beëindigen van het leven van haar dochter.
Verminderd toerekeningsvatbaar
De rechtbank concludeert dat het gedrag van de vrouw ten tijde van de bewezenverklaarde feiten in grote mate werd bepaald door haar ziekelijke stoornis. De rechtbank volgt het advies van de deskundigen en komt tot het oordeel dat de feiten in verminderde mate aan de vrouw kunnen worden toegerekend.
Onomkeerbaar verlies en onherstelbaar leed
Met het vreselijke en onomkeerbare verlies van het 1-jarige kindje is onherstelbaar leed en verdriet toegebracht aan de nabestaanden, die verder zullen moeten zonder hun dochter en zusje. Zo ook de vrouw, die niet alleen dader van deze afschuwelijke feiten is, maar ook slachtoffer van (psychische) omstandigheden die hebben gemaakt dat zij dit kennelijk als nodig heeft gezien. Ook zij moet haar dochtertje missen en leven met wat zij haar en haar andere kinderen heeft aangedaan. De rechtbank vindt dat de vrouw na haar gevangenisstraf gedwongen behandelen moet worden om herhaling in de toekomst te voorkomen.